Voorbereiding en dankzegging
‘s Avonds, voor je gaat slapen, denk je al aan de H. Communie. Je zegt eerbiedig: “Lieve Jezus, ik verlang naar U.” Als je ‘s morgens wakker wordt, probeer je weer aan Jezus te denken. Je zegt weer: “Jezus, ik verlang naar U!” Als je naar de kerk gaat, denk je ook weer aan Jezus. In de kerk ga je eerbiedig zitten op je plaats. Je kijkt niet rond. Ook praat je niet met andere kinderen. Je kijkt naar het altaar. Of je bidt uit je kerkboek de gebeden van de H. Mis. Zo draag je, met Jezus en de priester, het Heilig Misoffer op. Dat is de mooiste voorbereiding voor de H. Communie.
Aan het einde van de H. Mis gaat de priester te Communie. Daarna kunnen de mensen Jezus ontvangen. Jij ook! Je vraagt Jezus nog even vergiffenis voor alle kleine zonden. Je ziel moet heel zuiver zijn. Dan ga je eerbiedig naar de communiebank. Dat zie je op het tweede plaatje. De kinderen die je ziet, kijken niet rond. Ze lopen rustig en eerbiedig. Ze hebben geen zondagse kleren aan. Toch zien ze er netjes uit. Ze zijn goed gewassen, hun haren zijn gekamd, hun schoenen zijn netjes gepoetst, hun kleren zijn niet stuk. Sta je voor de communiebank, bid dan enige keren: “Kom, Heer Jezus, kom!”
Als je Jezus ontvangen hebt, ga dan, met neergeslagen ogen, naar je plaats terug. Onderweg bid je: “Jezus, ik aanbid U. Ik bemin U.” Zit je weer op je plaats, dan houd je je handen voor je gezicht. Je kunt dan beter aan Jezus denken. Bedank Jezus dan en vraag Hem je te helpen. Je ziet dat op het derde plaatje. Daar zit Jan zijn dankzegging te doen. Hij bidt tot Jezus in zijn hart. Naast hem is Jezus getekend. Zie je die stralen ook? Dat betekent, dat Jezus Jan zal helpen, om God steeds beter te eren en te dienen.
Als de H. Mis uit is, loopt Jan niet gauw Weg. Hij blijft netjes bidden tot er een kwartier om is. Dan pas gaat hij naar huis. Zo wil Jezus het.