Het Pinksterfeest
Jezus was naar de hemel teruggegaan. Maria met de apostelen gingen toen naar de zaal van het Laatste Avondmaal. Daar bleven ze samen bidden, tot de Heilige Geest zou komen. Wanneer dat gebeuren zou, wisten ze niet. Negen dagen gingen voorbij. Maria en de apostelen bleven maar bidden. Toen kwam de tiende dag. Ineens begon het heel hard te waaien. Wat zou dat zijn? Tongen van vuur kwamen uit de hemel. Boven Maria zweefde zo’n tong. En ook boven de apostelen. Je kunt dat op de plaat zien. De Heilige Geest daalde neer.
Hij maakte van de apostelen heel andere mensen. Ze begrepen toen beter, wat Jezus hen vroeger geleerd had. Ze waren ook niet bang meer voor de Joden. Petrus, de eerste Paus, ging naar buiten. Daar stonden heel veel mensen. Ze hadden die storm ook gehoord, rondom het huis. Nieuwsgierig kwamen ze kijken. Je ziet dat op de plaat linksboven. Toen Petrus al die mensen zag, begon hij te preken over Jezus. Veel mensen geloofden toen, wat Petrus hun leerde. Ze hadden spijt, dat ze Jezus dood gemaakt hadden. Drieduizend mensen lieten zich dopen. Dat zie je op de plaat rechtsboven. Dat waren de eerste christenen van de jonge Katholieke Kerk. De Katholieke Kerk zie je voorgesteld door de St. Pieterskerk te Rome. Bovenaan op de plaat, in het midden.
In Rome woont de Paus. Hij bestuurt de Kerk in naam van Jezus. Met Pinksteren kwam de Heilige Geest over de Apostelen.