1. Het derde gebod zegt dat we de zondag, de “dag des Heren” moeten heiligen.
2. Zondag is de dag van de Heer, een dag die volgens het nieuw verbond in het teken staat van de dienstbaarheid tot God.
3. Vóór de komst van Christus was de zaterdag aan God toegewijd. Deze dag werd sabbat of rustdag genoemd. Hij werd ingesteld om de rust van God na de zes dagen van de schepping te eren.
4. De kerk besloot om de heilige dag over te brengen naar zondag om de twee grote mysteries te eren die op zondag gebeurd zijn: de verrijzenis van Christus (Pasen) en de zending van de Heilige Geest (Pinksteren).
5. Om de zondag te heiligen moeten we de eucharistie bijwonen en ons onthouden van slaafse arbeid.
6. Onder slaafse arbeid verstaat men alle soorten handenarbeid of meer in het algemeen alle werk dat eerder lichamelijk dan geestelijk van aard is. We noemen ze slaafse werken omdat ze doorgaans uitgevoerd worden door mensen die ze uitvoeren om den brode. We denken bijvoorbeeld aan bouwen, werken op het land, marmer, ijzer of wol bewerken, naaien, weven enz.
7. God verbiedt deze werken om de mens te verplichten zijn opperste gezag te erkennen en omdat die werken de mens verhinderen om de godsdienstige oefeningen uit te voeren waarop hij zich die dag moet toeleggen.
8. Slaafse werken blijven slaafse werken ook al wordt men er niet voor betaald.
9. Dit verbod is nuttig voor onze ziel en ons lichaam. Het verplicht ons tot geregelde rust en herstelt onze krachten. Het is goed voor de gezondheid en verlengt ons leven.
10. Ook de werkzaamheden van het gerecht, zoals gesprekken met advocaten, verhoren van getuigen of vonnissen vellen zijn verboden op zondag, tenzij er een goede reden is om het toch te doen.
11. Jaarmarkten zijn verboden tenzij ze jaarlijks op een vaste datum vallen die toevallig een zondag blijkt te zijn. Ook veilingen zijn verboden.
12. Wél toegelaten zijn werken die de geest stimuleren, lichte werkjes zoals keren en de uitoefening van hobby’s zoals jagen, vissen of reizen.
13. Op zondag mag men wel studeren, onderwijzen, muziekinstrumenten bespelen (zelfs als men hiermee geld verdient), tekenen, foto’s nemen, enz.
14. Beeldsnijden mag evenwel niet, tenzij het enkel de finale afwerking van een beeldhouwwerk betreft.
15. Er zijn enkele omstandigheden waarbij het werken op zondag toch toegestaan kan worden:
- mits uitdrukkelijke toestemming van de pastoor of bisschop;
- indien er een vaste gewoonte bestaat om op zondag een bepaald werk uit te voeren, bv. planten gieten, scheren,…
- als het werk ten dienste van de kerk is, bv. poetsen of versieren van de kerk, het luiden van de klokken enz.
16. De mensen die anderen voor hun laten werken op zondag zijn even schuldig als de mensen die het eigenlijke werk verrichten.
17. Ouders of leidinggevenden die hun kinderen of medewerkers beletten om de zondag te heiligen, begaan een doodzonde en roepen Gods vloek uit over zichzelf en hun familie.
18. Zondigen is nooit geoorloofd. Een zonde bedrijven op zondag is dus geen verzwarende omstandigheid.
Uitleg van de prent
19. Deze prent wil het contrast tonen tussen de mensen die de zondag heiligen en mensen die hem ontheiligen. Bovenaan zien we de kerk, de pastorij, het kerkhof, enkele hoeven en een oud slot. De werkplaatsen en de magazijnen zijn gesloten. De rijtuigen en het landbouwgereedschap liggen er verlaten bij naast de huizen of in de velden. Iedereen gaat naar de kerk om er de mis bij te wonen: de schoolkinderen onder het toezicht van hun leraars, gelovige mannen en vrouwen, jong en oud, arm en rijk. Zij vermijden de cafés waar goddeloze en losbandige mensen zitten en groeten eerbiedig de kruisen die ze op hun weg tegenkomen. Onderaan op de prent zien we een fabriek waar men door zondagswerk de dag des Heeren ontheiligt.
20. Het schenden van de zondagsrust was altijd al een zware ramp voor de mens en zijn gezin. De heilige Jean-Marie Baptiste Vianney, pastoor van Ars zei dikwijls: “Twee soorten mensen zullen nooit rijk worden: zij die ’s zondags werken en zij die stelen.” Wij lezen dezelfde waarheid in de heilige schrift: “Zij hebben mijn sabbatdagen onteerd (zegt de Heer), en daarom heb ik besloten mijn woede over hen te laten komen.”